Door Hans Krol
Heemstede – Vrijdagmiddag 21 oktober is bij Boekhandel Blokker in Heemstede een nieuwe editie gepresenteerd met een selectie sprookjes geschreven door Godfried Bomans, ditmaal geïllustreerd door de Haarlemse kunstenaar Thé Tjong-Khing (89). Het sprookje als literair genre is in het Duitse taalgebied tot bloei gebracht door de gebroeders Jacob en Wilhelm Grimm, die tevens bibliothecaris waren, in Frankrijk door Charles Perrault, in Engeland door Lewis Carroll. Voorts door de Deense letterkundige Hans Christian Andersen.
In ons land heeft Godfried Bomans naam gemaakt als sprookjesschrijver. Peter van Zonneveld rekent deze zelfs tot de hoogtepunten in de wereldliteratuur. Literair criticus C.J.E. Dinaux schreef in 1947: “dat deze sprookjes het werk zijn van een romanticus met wekelijkheidszin, iemand die getuigt van zijn liefde voor het leven maar met ‘een donkerklinkende ondertoon’ die besef verraadt van het kwaad in de wereld.” En van Kees Fens zijn de woorden: “Bomans is geen humoristisch auteur meer, maar een sprookjesschrijver en zijn hele werk lijkt zich nu om die officiële bundel ‘Sprookjes’ te hebben gegroepeerd. Die zijn het hart van het oeuvre. Dat hijzelf in het werk afwezig is, blijkt er nu de kracht van uit te maken.”
In deel 2 van de Werken van Godfried Bomans zijn 86 sprookjes en (kinder-)verhalen samengebracht. December 1946 verscheen, enigszins vertraagd vanwege de oorlog, zijn bundel ‘Sprookjes’, ingeleid en geïllustreerd door schoolvriend en uiteindelijk levenslange jeugdvriend Harry Prenen. Voornoemd boek bevat 24 sprookjes. De meeste verhalen waren al midden jaren dertig geschreven, veelal gepubliceerd in het studentenblad ‘De Dijk’. In 1965 verscheen een nieuw ‘Sprookjesboek’ met 24 nieuwe sprookjes en in 1975 het ‘Groot Sprookjesboek’ met 50 verhalen. Reeds in 1948 zijn ‘Märchen’ bij Asserbach in Basel uitgegeven en o.a. in 1969 en 1977 een aantal van Bomans ‘fairy tales’ uitgeven in New York.
Aan de sprookjes van Bomans zijn intussen verscheidene scripties gewijd. Die van Marloes Clemens is o.a. opgenomen in het boek ‘De tweede verdieping’; Bomansstudies 5 door Jac. Aarts (red.). Van de eerste uitgave met Prenen als tekenaar zijn zeker 20 drukken verschenen. Daarnaast zijn de sprookjes ook in afzonderlijke uitgaven gepubliceerd met illustraties van onder meer Wouter Hoogendijk, Wilhelmina Min, Machteld Hooijen, Alison Korthals Altes en Pluvier. Van een nieuw ontdekt sprookje ‘De gierige koning, in boekvorm verschenen met illustraties van Thé Tjong-Khing en op 2 maart van dit jaar gepresenteerd bij de Kennemer Boekhandel te Haarlem zijn intussen twee herdrukken uitgekomen.
Dit heeft uitgever, boekhandelaar en ‘Bomansiaan’ Kees Schafrat van uitgeverij ‘Sunny Home’ (vernoemd naar het huis van wijlen Eva en Maarten Biesheuvel) doen besluiten een nieuwe editie op de markt te brengen. Door Thé Tjong-Khing zijn 17 door hem gekozen sprookjes uitgezocht op ‘illustreerbaarheid’, waaronder de waarschijnlijk meest bekende, zoals ‘De vijvervouw’, ‘De rijke bramenplukker’ en ‘De dood van de sprookjesverteller’. De laatste woorden van het laatste verhaal zijn welhaast legendarisch geworden. Toen de sprookjesschrijver overleden was vroeg God aan de Dood wat zijn laatste gedachte was, waarop de Dood antwoordde: “Hij wilde de kabouter zien.” “Dat is mooi”, zei God: “Laat hem maar binnen.”
Ik herinner me dat broer Jan Bomans die vier woorden graag op het graf van Godfried had gezien, maar dat is er niet van gekomen. Het nieuwe boek is in Heemstede onthuld door de illustrator samen met Cilia Prenen, dochter van Harry Prenen, die vervolgens het eerste exemplaar ontving. Zij vertelde op schoot van Godfried, door haar als kind ‘oom’ genoemd, uit de eerste hand sprookjes van de schrijver te hebben gehoord. Naast de fraaie pentekeningen van Harry Prenen zijn de 25 kleurrijke waterverftekeningen als illustraties van Thé Tjong-Khing een aanwinst voor liefhebbers van sprookjes en Bomans. Voor de fraai verzorgde uitgave verdienen de uitgever, illustrator én boekverzorger Martien Frijns een pluim. Van het vooromslag zijn zelfs vier verschillende uitgaven verschenen. Bij gelegenheid van de presentatie ontving men als extra een vouwblad ‘Haarlem, sprookjesstad’. Ten slotte ging de illustrator aan het werk met een opdracht-handtekening, en voor eenieder die dat wenste een toepasselijk tekeningetje.
Foto: Cilla Prenen (links) en illustrator Thé Tjong-Khing (rechts) bij Boekhandel Blokker. Foto aangeleverd door Hans Krol.